Het Snake Style System
van de Yangtaichi is het meest martiale en exclusieve systeem van de drie Yangstijlen.
Grootmeester Yang Sau Chung leerde dit systeem van zijn vader, Yang Chen Fu, en gaf het door aan zijn opvolger en eerste discipel Ip Tai Tak.
Meester Ip Tai Tak leerde deze methode later aan zijn discipel Robert Boyd. Voor z’n dood gaf Meester Ip de toestemming aan Bob Boyd om openlijk les te geven in deze vorm van taichi, aan iedereen die op zoek is naar de martiale betekenis van tai chi.
De Snake Style tai chi vereist een grote flexibiliteit van ruggengraat, heupen, ribbenkast en van de diepliggende kernspieren, meer bepaald spieren in abdomen, rug, borstkas en intercostale spieren.
Door slangachtige bewegingen van de ruggengraat activeer je diepliggende kernspieren. Je mobiliseert het zwaartekrachtcentrum van het lichaam. De kernspieren zorgen voor rooting bij elke houding waardoor een krachtige jin-energie door de wervelzuil naar de handen wordt gestuurd. Het resultaat van dit alles is dat men na verloop van tijd het ‘staal in katoen’-principe bereikt: het lichaam is ijzersterk vanbinnen en zacht aan de buitenkant. Je wordt snel en krachtig, maar je krijgt ook een verhoogde gevoeligheid in hand en arm. Je kinesthetisch gevoel verbetert aanzienlijk. Dat is de sleutel tot succes voor wat taichi als zelfverdediging betreft.
Het Snakestijl-systeem bestaat uit :
– Snakestijl taichi chuan
– Snakestijl long boxing
– Zhan Zhong
– Push Hands
– Sabel
– Zwaard
– Speer
De kracht in elke beweging kan subtiel zijn. Een onervaren persoon ziet dit dus niet altijd, hoewel de kracht er wel is. De posities en de bewegingen van de handen zijn korter dan in de Tijgerstijl. Ze zijn vaak hoekiger dan de rechte lange bewegingen in de Tijgerstijl. Het gewicht bevindt zich steeds 100% op één been, waarbij telkens duidelijk gemaakt wordt welk been het gewicht draagt.
Snakestijl taichi geeft aan de de taichibeoefenaar de martiale aspecten mee. Daarnaast is het een zeer krachtige gezondheidsoefening voor iedereen, door het continue bewegen van ruggengraat en kernspieren.